Nieuws

Bodemgezondheidproef: Effect van maatregelen en teeltsystemen op milieuaaltjes

Gepubliceerd op
28 april 2022

Uit de bodemgezondheidproef is gebleken dat het toepassen van diverse bodemmaatregelen effect heeft op het bodemleven en dat dit terug te zien is in de samenstelling van de aaltjesgemeenschap. Zo veranderde de samenstelling van de aaltjesgemeenschap sterker na de teelt van groenbemesters en grondontsmetting dan na toedienen van compost.

Drie typen bodemmaatregelen

Sinds 2006 zijn bodemmaatregelen een aantal keer uitgevoerd in zowel een biologisch als een gangbaar teeltsysteem. In de zomer van 2018 zijn er drie typen bodemmaatregelen uitgevoerd: de teelt van groenbemesters (gras/klaver, Tagetes en een mengsel van 14 soorten), organische toevoegingen (compost, chitine en haarmeel) en grond ontsmetten (anaerobe grondontsmetting = ASD, ontsmetten met zaadmeel of Monam en ASD gevolgd door toedienen van haarmeel en compost). De maatregelen werden vergeleken met een controle (zwarte braak), die onkruidvrij werd gehouden. In het voorjaar van 2019 is de invloed op de samenstelling van de aaltjesgemeenschap bepaald.

Verschillende soorten aaltjes

Aaltjes zijn microscopisch kleine rondwormen die in de bodem leven. De diversiteit is groot: er zijn aaltjes die leven van planten, bacteriƫn, schimmels en andere bodemdiertjes (predatoren). Maar er zijn ook aaltjes die leven van allerlei groepen bodemleven (alleseters). Aaltjes verschillen ook in mate en snelheid waarop ze reageren op voedselaanbod en verstoring. Daarmee weerspiegelen ze veranderingen in de bodem.

Uitkomsten van de Bodemgezondheidproef

Uit de proef blijkt dat de teelt van groenbemesters het aantal plantenvoeders en bacterie-eters verhoogde. De plantenvoeders vermeerderen tijdens de teelt, terwijl bacterie-eters werden gestimuleerd door het inwerken van vers organisch materiaal. De teelt van Tagetes verlaagde wel het aantal Pratylenchus (wortellesieaaltje) in de grond. Na het toevoegen van compost leek de aaltjesgemeenschap sterk op die van de controle, wat verklaarbaar is omdat het materiaal al sterk was verteerd. Toevoegen van chitine en haarmeel leidde tot veel kleine (niet-significante) verschillen. Het effect van ontsmetten hing sterk samen met de behandeling: na chemische grondontsmetting met Monam was het totale aantal aaltjes zeer laag. De andere ontsmettingsbehandelingen verlaagden vooral plantenvoeders, alleseters en predatoren. In de combinatiebehandeling was het aantal bacterie-eters hoger, doordat er extra organisch materiaal was toegevoegd.

Effecten op gewasopbrengst en bodemchemie

Naast effecten op de aaltjesgemeenschap zijn ook de effecten op gewasopbrengst, bodemchemie en ander bodemleven bepaald. Vergelijken van de gegevens kan inzicht geven in relaties tussen maatregelen, gewasgroei & bodem en daarmee mogelijk indicatoren voor bodemkwaliteit opleveren. Dit wordt in een later stadium gerapporteerd.

Lees het volledige rapport Bodemgezondheidproef: Effect van maatregelen en teeltsystemen op milieuaaltjes.