
category_news
Geitenfokprogramma’s onder de loep: inteeltbeheersing werpt vruchten af
De inteelttoename per generatie is in vijf Nederlandse geitenfokprogramma’s niet meer structureel te hoog. De aanpassingen in het fokbeleid sinds 2016 hebben effect in de praktijk. Dit is de uitkomst van de evaluatie van deze fokprogramma’s van de Nederlandse Organisatie voor de Geitenfokkerij (NOG).
Een goed en effectief fokbeleid is belangrijk om de eigenschappen van het ras te behouden en het ras vitaal te houden. Fokbeleid werkt in de praktijk als individuele fokkers dit gebruiken bij hun fokkerijbeslissingen. Het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN), onderdeel van Wageningen University & Research, heeft de fokprogramma’s van de Nederlandse geitenrassen, Witte, Bonte en Toggenburger geit geëvalueerd. Met daarnaast ook die van de Nubische en Boergeit. De NOG is erkend stamboek voor deze rassen. In totaal werden gegevens van ruim 182.000 dieren geanalyseerd.
Inteeltafname
In elk fokprogramma gaat het om de balans tussen het realiseren van genetische vooruitgang in de richting van het fokdoel en beheersing van inteelttoename per generatie. De inteelttoename per generatie is in alle rassen niet meer structureel te hoog, zoals nog wel het geval was tot 2016. In de laatste generatie is de inteelt zelfs afgenomen. Dit komt doordat het fokreglement is aangepast zodat een bredere selectie van bokken ingezet kan worden en door gebruik van bokken uit buitenlandse populaties. Het op peil houden van de actieve fokpopulatie, het selecteren van voldoende jonge dieren als fokdier die zo min mogelijk verwant zijn aan de populatie en het beperken van de invloed van een individueel fokdier op de volgende generatie (niet te veel dieren van één vader) zijn hierbij ook belangrijk om mee te nemen.
Voldoende bokken voor de fokkerij aanhouden
De omvang van de Boergeit- en Toggenburger populaties is relatief klein en in kleine populaties is het extra belangrijk om elk jaar voldoende jonge bokken aan te houden voor de fokkerij. Routinematig berekenen van de “mean kinship” (gemiddelde verwantschap van een dier met een groep dieren) met de actieve fokpopulatie kan inzicht geven. Voor het in de hand houden van het aantal fokdieren per vader hebben fokkers actuele informatie nodig over het aantal fokdieren dat al geselecteerd is per vader.
Aanvulling genenbank
Voor de drie Nederlandse rassen (Witte, Bonte en Toggenburger geit) zijn er bokken geïdentificeerd die een aanvulling zijn voor de genenbank voor landbouwhuisdieren van CGN. Het advies is om sperma te winnen van deze bokken om in te vriezen voor de genenbank.