Nieuws

Dure grondbehandeling tegen wortellesieaaltjes snel terugverdiend

Gepubliceerd op
28 november 2014

Toepassing van maatregelen zoals biologische grondontsmetting en de teelt van Tagetes kunnen effectief het wortellesieaaltje bestrijden, maar zijn relatief duur in vergelijking met de toepassing van bijvoorbeeld chemische grondontsmetting. Er is een quick-and-dirty berekening gemaakt op basis van de resultaten van het project Bevordering bodemgezondheid in de sierteelt op duinzandgrond. Hieruit bleek dat de kosten binnen twee jaar waren terugverdiend.

In 2010 is een bodemgezondheidsexperiment gestart op een praktijkperceel op duinzandgrond met een natuurlijke besmetting van wortellesieaaltjes (Pratylenchus penetrans). Hier zijn tussen juli en oktober vijf grondbehandelingen uitgevoerd:

  • Onbehandeld (braak)
  • Chemische grondontsmetting met Monam (CGO)
  • Biologische grondontsmetting (BGO) + compost 50 ton/ha
  • Tagetes patula + compost 50 ton/ha
  • Japanse haver ‘Luxurial’

Een aantal van bovengenoemde behandelingen bleek eerder zeer effectief te zijn in proeven van PPO-AGV op dekzandgrond. Zandgronden worden vaak over één kam geschoren. Maar duinzandgrond verschilt in vele opzichten van dekzandgrond. Bodemeigenschappen, schadedrempels (aaltjes) en gewaskeuze zijn regio- en grondsoortspecifiek. Het is dan ook maar zeer de vraag of behandelingen die op dekzandgrond effectief zijn ook op duinzandgrond het gewenste effect hebben.

Kosten

Proefveldjes
Proefveldjes

Bij biologische grondontsmetting wordt organisch materiaal ondergeploegd waarna de grond luchtdicht wordt afgedekt. Tijdens de afbraak van het materiaal verdwijnt zuurstof uit de grond en komen toxische stoffen vrij, waardoor onder andere aaltjes doodgaan. Wellicht goed voor de bodem, maar niet zo best voor de portemonnee van de teler. De hoge kosten van deze behandeling, in deze proef €6400 (excl. compost), worden over het algemeen niet in één seizoen terugverdiend. Daarom is het relevant om, behalve het effect op de aaltjes, ook te weten welke positieve neveneffecten er optreden en hoe lang de doorwerking is. Met andere woorden, na hoeveel jaar heb je nog profijt van de behandeling?

Naast de aaltjesbestrijding hebben de grondbehandelingen ook invloed op de bodemvruchtbaarheid via effecten op de bemesting, bodemstructuur, lucht/vocht huishouding, organisch stofgehalte en op het bodemleven en de bodemweerbaarheid. De combinatie van al deze aspecten en de meeropbrengst als gevolg van aaltjesbestrijding bepaalt of een maatregel financieel al dan niet rendabel is.

En baten

Na uitvoering van de behandelingen in 2010 zijn achtereenvolgens narcis en lelie geteeld. In 2013 zijn bovendien grondmonsters genomen en getoetst op bodemweerbaarheid tegen Pythium wortelrot en tegen het wortelknobbelaaltje (Meloïdogyne hapla).

Alle grondbehandelingen, behalve de Japanse haver, gaven een significante bestrijding van het wortellesieaaltje in vergelijking met onbehandeld. En alle grondbehandelingen resulteerden in een hogere bolopbrengst. Een eenvoudige kosten-baten berekening liet zien dat na twee teeltseizoenen de kosten van de behandelingen waren terugverdiend, met in totaal 3-10% meer inkomsten ten opzichte van de onbehandelde controle.

De behandelingen met ‘biologische grondontsmetting + compost’ scoorde als beste bij de toets op bodemweerbaarheid tegen beide ziekteverwekkers, met ruim 50% minder aantasting ten opzichte van de onbehandelde grond. Omgerekend naar de opbrengst van bijvoorbeeld hyacint op een met Pythium besmet perceel, zou dit kunnen leiden tot 3-13% minder schade als gevolg van wortelrot. Bij een zware Pythium-besmetting zou dit tot €5.800 per hectare kunnen schelen op de inkomsten, afhankelijk van o.a. cultivar, bolmaat en marktprijzen.

Dit project is gefinancierd vanuit het EZ onderzoeksprogramma Duurzame Bodem.