Nieuws

Actualisatie stikstofbemestingsrichtlijnen nodig

Gepubliceerd op
30 januari 2019

De stikstofbemestingsrichtlijnen van meer dan 20 akkerbouwgewassen of akkerbouwmatige teelten moeten worden geactualiseerd. Dat blijkt uit een beoordeling van de onderbouwing en actualiteit van de N-bemestingsrichtlijnen in het Handboek Bodem en Bemesting, die WUR Open Teelten en Delphy in opdracht van de Brancheorganisatie Akkerbouw (BOA) hebben uitgevoerd. Het betreft onder andere zomergerst, uien en gaszaadteelten.

Stikstofbemestingsrichtlijnen

Voor de diverse akkerbouwgewassen, akkerbouwmatige geteelde groentegewassen, kruidenteelten en groenbemesters zijn stikstofbemestingsrichtlijnen opgesteld, die aangeven wat gemiddeld genomen een optimale stikstofgift is voor het gewas. Die gift moet vervolgens worden aangepast (verhoogd of verlaagd) aan de specifieke teeltsituatie, rekening houdend met onder andere opbrengstniveau, N‑nawerking uit gewasresten, rasverschillen en bodemstructuur.

Akkerbouwers hebben baat bij actuele, zo goed mogelijk onderbouwde N-bemestingsrichtlijnen. Hiermee kan de juiste N-gift voor het gewas worden bepaald dan wel de stikstof binnen de gebruiksnormen zo optimaal mogelijk over de gewassen worden verdeeld. Daarom moeten de richtlijnen regelmatig opnieuw worden beoordeeld. Het beoordelen en vaststellen van N-bemestingsrichtlijnen is één van de taken van de Commissie Bemesting Akkerbouw en Vollegrondsgroententeelt (CBAV).

Beoordeling onderbouwing en actualiteit

WUR Open Teelten en Delphy hebben de onderbouwing van de N-bemestingsrichtlijnen die in het Handboek Bodem en Bemesting staan, nagetrokken en hebben geïnventariseerd welke richtlijnen zijn verouderd c.q. niet meer aansluiten bij de huidige gewasopbrengsten en teeltwijzen. De onderbouwing is beoordeeld volgens de sterrensystematiek die de CBAV in 2016 heeft opgesteld (zie de pagina: Over Handboek Bodem en Bemesting). Als een advies goed (wetenschappelijk) is onderbouwd, krijgt het vier sterren. Als het wat beperkter is onderbouwd, maar wel bruikbaar voor de praktijk (maar met enige twijfels over de kwaliteit van het advies) krijgt het drie sterren. Als het zeer beperkt is onderbouwd, krijgt het twee sterren. Als geen cijfermatige onderbouwing mogelijk is, maar het advies alleen berust op expert judgement van praktijkdeskundigen, krijgt het één ster.

Ca. de helft van de richtlijnen is goed onderbouwd (4 sterren). Dat geldt met name voor de grotere akkerbouwgewassen. Van een aantal kleinere gewassen echter, is de richtlijn slecht onderbouwd (1 of 2 sterren). Voor deze gewassen is een betere onderbouwing wenselijk. Hoewel, het voor kleine gewassen met een beperkt economisch belang financieel niet haalbaar zal zijn om voldoende onderzoek uit te voeren voor een vier-sterrenonderbouwing.

Actualisatie

Actualisatie is nodig voor N-bemestingsrichtlijnen die niet afdoende goed zijn onderbouwd of die in het verleden wel goed zijn onderbouwd, maar die nu aan herziening toe zijn. Herziening kan nodig zijn als de gewasopbrengst is toegenomen sinds de richtlijn is vastgesteld of door verandering van het rassenassortiment. Verder is bij sommige gewassen een verfijning van de richtlijn naar ras of grondsoort/regio gewenst.

Voor de N-richtlijnen die actualisatie behoeven, is een prioriteitsvolgorde aangebracht op basis van de grootte van het areaal. Hoge tot vrij hoge prioriteit hebben zomer- en wintergerst, uien, graszaadteelten, en groenbemesters.

De volledige informatie over de onderbouwing en actualiteit van de N-bemestingsrichtlijnen staat in het rapport 'Onderbouwing en actualiteit N-bemestingsrichtlijnen akkerbouw'. Klik hieronder om het rapport te openen: